‘Stap ik over op een composable architecture of behoud ik best een platform-based architecture voor mijn e-commercebedrijf?’
Het is een vraag die we vaak te horen krijgen. Nieuwe ontwikkelingen binnen digital commerce zorgen ervoor dat veel bedrijven nieuwsgierig zijn naar de voordelen van composable architecture. Daarom onderzoeken we in deze driedelige serie wat de impact van headless commerce en composable architecture op jouw bedrijf zou kunnen zijn. In deel 1 onderzoeken we wat platform-based architecture en composable architecture nu eigenlijk echt betekenen.
De evolutie van de customer experience
Laten we even teruggaan in de tijd. Het is het jaar 2000 en digitalisering staat nog in de kinderschoenen. De eerste e-commercebedrijven hebben een single-channel experience, die vaak nog losgekoppeld is van hun bedrijfssystemen.
Wanneer we vooruitspoelen naar het tijdperk van de vroege omnichannel-ervaring, rond 2012, zien we dat smartphones digital commerce echt een boost geven. Verkopers met digitale kanalen beginnen met het bieden van een innovatieve omnichannel-ervaring.
Vandaag investeren bedrijven aanzienlijk in het perfectioneren van hun digitale customer experience. Het gaat niet alleen om het aanbieden van producten via meerdere kanalen, het gaat erom dat ze hun klanten zo goed mogelijk begrijpen. De beste customer experience creëert een relevante beleving op het juiste moment en op de juiste plaats, ongeacht het kanaal.
Meer touchpoints dan ooit tevoren
De huidige digitale beleving biedt klanten meer touchpoints in hun aankooptraject dan ooit tevoren. De koplopers van morgen kunnen we als volgt beschrijven:
- Een meer dynamische markt, globalisering en veranderend gedrag van kopers zorgen voor een constante behoefte om te evolueren. Deze bedrijven zijn wendbaar en zijn in staat om zich voortdurend aan te passen aan nieuwe bedrijfsmodellen.
- Deze bedrijven creëren waarde met hun customer experience, door verder te kijken dan transacties en rekening te houden met de volledige user journey.
- Met het potentieel van verbonden data hebben deze bedrijven heel wat flexibiliteit.
Dat klinkt allemaal erg positief, maar vaak blijven deze plannnen haperen bij de technology stack. Je moet namelijk snel nieuwe kanalen kunnen opzetten.
De evolutie van ecommerce architecture
Om deze evolutie te ondersteunen, moesten IT architectures zich aanpassen.
Traditioneel bevat het commerceplatform de presentatielaag of gebruikersinterface, met alle functionaliteit in één codebase. Dit soort architecture is eenvoudig op te zetten, maar het schalen en onderhouden ervan kan al snel duur en verwarrend worden. Omdat de backend- en frontend-codes in één codebase zitten, kunnen aanpassingen aan de code onverwachte gevolgen hebben. De grens tussen backend- en frontend-ontwikkelaars vervaagt, wat samenwerking moeilijker maakt en meer ervaring van ontwikkelaars vereist.
In de jaren 90 begon een gelaagde architecture aan populariteit te winnen. Dit type architecture was ontwikkeld om de efficiëntie en herbruikbaarheid te verbeteren. Er werden autonome lagen ontwikkeld voor de presentatie, functionaliteit en data. De hechte integratie van elke laag betekende echter dat de afhankelijkheid van componenten nog steeds getest moest worden bij wijzigingen. Met andere woorden: deze oplossing was nog steeds niet agile genoeg voor bedrijven.
Daar bracht composable architecture verandering in, met een hoge mate van flexibiliteit, aanpasbaarheid en schaalbaarheid.
Platform-based architecture vs. composable architecture
Vandaag hebben e-commercebedrijven vaak de keuze tussen twee soorten architectures: platform-based en composable. Composable is ‘the new kid on the block’ en biedt heel wat spannende mogelijkheden, maar het is belangrijk dat je begrijpt of een overstap de juiste keuze is voor je bedrijf.
Platform-based architecture
Platform-based architecture verwijst naar een platform dat is gebouwd op een concept met een grote set beproefde kant-en-klare functies die worden aangepast aan de behoeften van het bedrijf.
Het wordt vast duidelijker met deze analogie. Neem bijvoorbeeld een iMac en een op maat gemaakte pc. Een platform-based architecture volgt een reeks principes met een architecture die is bepaald door de fabrikant. Het maakt meestal deel uit van een groter ecosysteem. Dat biedt verschillende voordelen, zoals eenvoudige integratie, gedeelde datamodellen en vooraf gebouwde functionaliteit. Net als een iMac.
Als je behoeften passen bij de functionaliteit van het systeem, is platform-based architecture een goede keuze. Je kunt de systemen aanpassen, maar net als bij een iMac bereik je een punt waarop je het hele systeem moet upgraden door het te vervangen door een ‘nieuwere versie’. Gewoonlijk duurt de levenscyclus van een platform ongeveer vijf tot acht jaar.
Composable architecture
Composable architecture is gebaseerd op microservices, waarbij de verschillende services en functies worden verdeeld over onafhankelijke bouwblokken. Omdat deze bouwblokken niet met elkaar verbonden zijn, kun je delen van je systeem gaandeweg vervangen en verbeteren. Je kunt zelfs nieuwe bouwblokken toevoegen. Dat biedt eindeloos veel flexibiliteit bij het optimaliseren van je systeem.
Met een composable architecture vermijd je grootschalige replatforming, die telkens één tot twee jaar in beslag kan nemen. Om de analogie er opnieuw bij te nemen: een op maat gemaakte pc bestaat uit de beste componenten voor de gebruiker. Je kunt afzonderlijke onderdelen vrij eenvoudig vervangen of upgraden om je machine in topvorm te houden en ‘op te schalen’. Net als bij een op maat gemaakte pc vereist een composable architecture een hoger niveau van technische competentie om ervoor te zorgen dat je de juiste bouwblokken combineert.
Een visuele weergave van een platform-based architecture vs. een composable architecture
De twee bovenstaande afbeeldingen geven het verschil tussen een platform-based architecture en een composable architecture goed weer. Let vooral op het rode blok in elk diagram. Bij een platform-based architecture is het commerceplatform het hart van de oplossing. Bij een composable architecture heeft de commerce-engine veel minder verbindingen. Sommige componenten zijn zelfs helemaal niet verbonden. De commerce-engine is dan ook niet langer het middelpunt van de oplossing.
Het verschil tussen deze twee architectures zit niet in de complexiteit, maar eerder in de flexibiliteit. Bij een composable architecture is elk component in mindere mate verbonden met de architecture, waardoor je een component eenvoudiger kunt weghalen. Dat betekent ook dat je componenten makkelijker kunt vervangen en verbeteren.
Conclusie: platform-based architecture voor eenvoud, composable architecture voor veelzijdigheid
Platform-based architecture of composable architecture? Er is geen ‘juist’ antwoord op deze vraag: alles is afhankelijk van de behoeften van je bedrijf. Als je op zoek bent naar een eenvoudige oplossing met kant-en-klare componenten, is een platform-based architecture waarschijnlijk de beste keuze. Een composable architecture is dan weer de beste optie voor bedrijven die volop gebruik willen maken van het meest innovatieve dat e-commerce te bieden heeft.
In deel 2 gaan we dieper in op de migratie van microservices: stay tuned!